Skip to playerSkip to main content
  • 2 days ago

Category

📺
TV
Transcript
00:00Go to www.wieisdemol.nl for extra information about the candidates, the episodes, videos and miss niets.
00:14There is here today a murder.
00:20But you love him.
00:21That's a bit personal.
00:22Are you like what, detectives?
00:24And the dader is not the mate.
00:26Mmm.
00:28Eet smakelijk.
00:29Eet smakelijk.
00:30Is iedereen aan het smikkelen?
00:32Ja.
00:33I don't know if they're blotjes bij Loes horen.
00:34Dus dan dansen.
00:35De kandidaten worden aangewezen.
00:37Die moet de lunch verlaten.
00:39Als je erover zuur hebt, dat is pas echt zuur.
00:44Kopen is door de kerk.
00:46Ik besluit er niet over te maken.
00:48Dat betekent dat er geen 1500 euro in de pot komt.
00:51Ach.
00:52Belofte maakt schuld.
00:54Eda Nathan.
00:56Is he?
00:59Oh, no.
01:00Oh, no.
01:01Oh, no.
01:26What was he, can I do?
01:27Where is my mind
01:34Where is my mind?
01:36Where is my mind?
01:42Let's go.
02:12Trust nobody.
02:42We gaan steeds meer richting de zon.
03:04Ja.
03:05Fijn.
03:07En met z'n allen in één busje.
03:09Op naar de Algarve.
03:11Een beetje zon, hopelijk.
03:13We hadden nu maar één busje, want we passen met z'n allen in een busje.
03:17Nou ja, passen, passen.
03:18Ik werd achterin gegooid natuurlijk.
03:19Moet ik de kortste benen hebben.
03:21Oh jongens, we zijn maar nu weer terechtgekomen.
03:24Ik ga aan de vieren.
03:24Oh kijk eens jongens.
03:26Oh.
03:28Mooi zwembad ook.
03:29Zo'n mooi zwembad.
03:30Fantastisch.
03:31Het ruikt hier heel fris.
03:32Oh, een zwembad.
03:33Dynasty galore, een en al glamour en klatergoud en hele frisse, opgemaakte bedden.
03:43Oh, ik wil deze wel.
03:46Even een chefje man.
03:47Nee.
03:47Je hebt het niet uitgehoord.
03:49Ga koken dan.
03:51Het voelt echt als een vriendenweekendje.
03:52Annemarie gaat curry maken.
03:55Die gaat helpen met het snijden.
03:57En je bent echt een beetje zo samen aan het keuvelen.
04:01Senator, maar senator dus die...
04:03Hoor jij niet?
04:05Ik hoor sports op tv.
04:07Voedbal te kijken.
04:09Ik dacht bij mezelf, hey in televisie.
04:11En toen ben ik daar lekker gaan zitten.
04:14En mijn rol was gewoon aanwezig zijn.
04:20Oh, wat ruikt het goed.
04:22Het is wel pittig, maar als tegenhanger is het dus de raita.
04:25En dat is de yoghurtsaus met komkommer.
04:27Goedemiddag.
04:28En de algarve, hè?
04:34En de algarve.
04:35En op de algarve.
04:37Daar heb ik zin in.
04:51Ik heb echt supergoed geslapen.
04:53Ik word wel echt al standaard gewoon iedere dag wakker om half zes.
04:59En iedereen die keuvelt een beetje door het huis en wordt wakker.
05:06Maar het is ook tijd voor een opdracht.
05:09Het is tijd om te werken.
05:09We komen eigenlijk binnen in een enorm groot zwemparadijs.
05:31Alleen er mist één ding.
05:33Er zit namelijk geen water in het zwemparadijs.
05:36Het had ook wel iets onheilspellends van tekenen.
05:44Goedemorgen allemaal.
05:45Goedemorgen.
05:47Zwemspullen meegenomen?
05:48Ja.
05:49Nee, is niet nodig, hè?
05:50De kandidaten in Wie is de Mol hebben de afgelopen 25 jaar meer dan 600 opdrachten gedaan.
05:58Wow.
05:59Daarvoor zijn vele honderden requisieten gebruikt.
06:03We hebben een paar van die requisieten uit het Rijke Mol Archief meegenomen en hier in het zwemparadijs verstopt.
06:10Vind het juiste requisiet uit je eigen seizoen en neem dat mee.
06:19Oké.
06:20Als jullie dat allemaal doen, verdienen jullie 3000 euro voor de pot.
06:24Wow, dat is zo fijn.
06:26Let op om het juiste requisiet mee te nemen uit je eigen seizoen, kunnen jullie fragmenten terugkijken.
06:32Oh, oké.
06:33Jullie mogen met maximaal twee kandidaten steeds het zwemparadijs in.
06:39Ik wens jullie veel succes.
06:41Dankjewel.
06:41Dankjewel.
06:43Heel leuk.
06:43Ja, superleuk.
06:44Hebben jullie meteen een idee van een Rijke Zee requisiet uit je...
06:48Ik heb geen idee.
06:50China.
06:51China.
06:51Wat zou er eigenlijk voor mij liggen?
06:53Ik dacht misschien ergens wel, ligt er wel een symbool van China, misschien wel een draak.
06:57We moeten nog even weten wat we...
06:59Ik wil ook heel graag met Nathan een keer.
07:02Ja, lijkt me heel leuk.
07:03Dat is goed.
07:03En dan is het tijd om de opdracht te starten.
07:07Oh, oké.
07:09Sorry, ik kan niet zo snel.
07:10Ik ben voorzichtig.
07:11Ik en Annemarie mochten een speelveld in.
07:13Annemarie, ga je naar links?
07:14Ja, ik wil heel graag naar die klaus.
07:16Ja, dat is goed.
07:17Wij besloten wel echt te splitten, omdat ik al had gezien dat het best wel een groot speelveld was.
07:23Dus ik dacht bij mezelf, ja, we kunnen wel bij elkaar blijven.
07:25Maar ja, ik blijf maar rennen, blijf maar rennen.
07:28Dan ga ik Annemarie net voor een gegeven moment niet aandoen.
07:29Ik weet dat ik als een bejaarder ren, ik weet het.
07:32Maar ik ben bang dat ik uitgelijk.
07:34Een beetje doorlopen, Ann.
07:35Voorzichtig.
07:40Lieve mensen, Nathan hier.
07:42Recht achter dat ijsblok is Wie is de Bol 2019.
07:47Merel, was jij dat?
07:47Ja, toch?
07:48Ja, dat ben ik.
07:49Ja, dat ben ik.
07:49Colombia.
07:50We hebben witte pakken aan, Merel.
07:52Truien met teksten daarop.
07:54Je hebt graag schrijft het op.
07:55Licht gebrand.
07:56Licht gebrand.
07:57Ja, luid nou.
08:01Nee, dat is niet de vraag.
08:03Volgens mij moeten jullie vragen beantwoorden.
08:05En die antwoorden stellen op jullie truien.
08:07Toen dacht ik, ah, dat waren de overals die we aan hadden tijdens de opdracht op de koffieplantage.
08:14Ik heb nog niks gevonden over.
08:19Waar ben jij, Annemarie, over?
08:21Ik ben nu richting dat mark met al die kleurtjes.
08:24Oké, daar.
08:25Aan het kijken.
08:27Nou, ik zie niks.
08:29Oh, ik zie wel wat.
08:312010.
08:32Dat ben ik.
08:33Ten eerste denk ik dat Erik ons kan horen.
08:39Dat is niks zeggen wat je niet wil dat Erik kan horen.
08:41Maar die is er langs verloor.
08:42Ik zie Kim met Arjen Lubach praten.
08:45En koffertjes.
08:47Ik zie, ah, ja, zilveren koffertjes.
08:50Ik denk dat we daar nou op zoek moeten, Kim.
08:52Jij.
08:53Maar welk fragment zie je van ons?
08:55Dat jullie koffertjes over een grote zebrapad heen doen.
08:59Terwijl ik die boodschap aan het doorgeven was, ging dus die telefoon af.
09:04Een telefoon waarop ik jullie altijd kan bereiken.
09:08Fijn, hè?
09:08Waar precies ook?
09:10Ja, ik heb geen koffertje.
09:11Ik heb alleen de iPad gezien.
09:12Dus je moet op zoek naar een koffertje.
09:14Doei.
09:16Met Annemarie?
09:22Jurre, ik sta hier bij jouw iPad.
09:25En daarin zie ik dat je een telefoon in je handen hebt.
09:29En dan krijg je volgens mij te horen dat je de mol bent.
09:31En zorg ervoor dat niemand iets aan je ziet.
09:34Want ik mag jou nu vertellen.
09:36Welke rol jij hebt.
09:38En dan zie ik een telefoon.
09:39Een telefoon met zo'n draai.
09:41Met zo'n draai.
09:42Met één, twee, drie, vier, vier, vier, vier.
09:42Zo'n oude telefoon.
09:44Ik snap het, Nathan.
09:45Oké.
09:45Oké, klasse, ik denk dat het die telefoon is.
09:47Oké.
09:49Hé, jongens.
09:50Er zijn dus even drie voorwerpen nu die we weten.
09:53Koffertje van mij.
09:55Overal met de tekst of iets van jou.
09:57Ja.
09:58En?
10:00Nathan was best wel actief bezig.
10:03En kwam vaak op de porto met nieuwe informatie.
10:06Annemarie was wat afweziger.
10:09Annemarie, hier Kim.
10:11Heb jij ons gehoord?
10:12Maar goed, dat kennen we een beetje van haar.
10:15Nathan, waar ben jij?
10:172012.
10:18Oké, wat zie je, Nathan?
10:19Dat is Annemarie.
10:19Deze is voor mijn nagels.
10:22Die om je armen.
10:23Dit voor mijn armen.
10:23De hoed.
10:24Bij alle.
10:24En dan leg je die twee citroenen zo op...
10:26Op een snoeptafel.
10:29Annemarie, goed luisteren.
10:31Ik zie hier allemaal hoeden.
10:33Ik zie een hele grote kerk.
10:35Een kathedraal.
10:36En jij bent heel erg aan het lachen.
10:38En je krijgt een zak op je hoofd.
10:39Een groene zak.
10:41Ann, hoor je dat?
10:42Op zo'n moment is contact gewoon heel belangrijk.
10:46Wij zitten daar in dat lege zwembad een beetje te niksen.
10:49En het enige wat wij hebben is dat contact met hun.
10:52Annemarie, hoor je mij over?
10:55Ik dacht echt, Annemarie, ben je aan het doen?
10:58Maar ze moeten wel iets gaan vinden, natuurlijk.
11:04Mijn gevoel zou op een gegeven moment iets over een glijbaan...
11:08waarvan ik dacht, oké, deze is een flinke hoogte.
11:11Ja, we krijgen het natuurlijk allemaal niet cadeau.
11:13Nathans schiet deze glijbaan op.
11:15Merel, Merel, ik heb jouw reliquie.
11:17Het is inderdaad die soort van overal die aan had met antwoorden.
11:22Dat is bij een gekleurde glijbaan.
11:24En er zijn er zes naast elkaar.
11:25Dus in het midden naar rechts, helemaal achterin.
11:28En dan moet je de trap op.
11:30En het is die glijbaan, hoor je mij?
11:31Ja, ik hoor je. Laat hem liggen, ik ga hem zo pakken.
11:34Ik weet nog dat Rick tegen ons zei, je moet je eigen recrissiep meenemen.
11:37Dus ik dacht mezelf, Nathans, niks aanraken.
11:40Wegblijven van dat pak.
11:41Nathans, kan jij eruit komen over?
11:43Dan kan Merel haar ding pakken.
11:45Ja, ik kom eruit.
11:46Oh.
11:50Hé, Anne, heb jij al een hoedje of iets?
11:52Om het waterpark in te mogen, was er een soort stoplicht.
12:01Die kon op rood en groen.
12:02Dus als er twee mensen in waren, dan ging die op rood.
12:06En als die er op groen ging, dan mocht er dus iemand in.
12:09Nero, go, go, go!
12:12En toen stond ik daar in dat zwembad.
12:14En toen dacht ik...
12:16Is Anne-Marie nou nog in het speelveld?
12:19Het is groen.
12:20Is er iets met Anne-Marie gebeurd dan?
12:22Ja, dat denk ik.
12:23Anne-Marie, ben jij...
12:24Vermoord?
12:27Vermoord?
12:28Zitten we nou toch in een moordspel?
12:30Hoe kan dat...
12:31Waarom kan dat licht nou op groen staan?
12:35Maar ja, hij staat op groen.
12:37Ja, toen was het even van...
12:38Wat gaan we nu doen?
12:39Of zal ik zoeken?
12:40Ja, je mag ook zoeken.
12:41Ja, een koffertje?
12:42Ja, oké.
12:43En ik dacht, ja, ik heb gehoord van Anne-Marie...
12:47Dat ik op zoek moet naar een koffer.
12:49Oké, ga rennen.
12:53Mero, ben jij al in de buurt van die glijbaan?
12:56Nathan zei tegen mij...
12:57Het is helemaal achterin.
12:58Je moet bij een regenboogglijbaan zijn.
13:02En dat hele park was één grote regenboog.
13:05Ik zag op een gegeven moment roos, rood, geel.
13:07Maar een regenboog?
13:09Waar dan?
13:10Nathan is het helemaal achterin, hè?
13:13Mero kon het allemaal niet vinden.
13:15En ik was volgens mij heel duidelijk geweest.
13:17Dit is het eind.
13:18Mero, je zou er nu gewoon moeten zijn.
13:20Dus je moet nu die trap op en dan heb je het.
13:22Ja, ik ben helemaal bij het eind.
13:24Maar ik kan het gewoon echt niet vinden.
13:27Ik zie een iPad.
13:30Wil je terug naar het verleden?
13:32Ga dan door het hek.
13:34Ernaast beelden uit 2011 en een opdracht met een kist.
13:43Ik ben in de guleba.
13:50Ik geef jullie allemaal een jok.
13:54Dankjewel.
13:56Gelukkig mee.
13:57Ik dacht, ik ga dit doen.
14:01Ik ga door dat hek.
14:02Ik weet niet waar ik terecht kom.
14:03Ik weet niet wat er gebeurt.
14:05Maar ja, wil je terug naar het verleden?
14:08Ja, kom maar door.
14:09Nee, ik kan hem niet vinden.
14:22Ik kan hem echt niet vinden.
14:24Kim, je moet even terugkomen zodat Nathan met Merel het parking kan.
14:28Want Merel kan niks vinden.
14:30Kim zegt niks.
14:32En Kim was ook weg.
14:34Kim was plotseling ook weg.
14:35Kim, we hebben je nodig.
14:36Over.
14:37Het is groen.
14:38Het is groen.
14:39Het is groen.
14:39Het is groen.
14:40We plannen hem.
14:41Kim is weg.
14:42Merel, je moet naar de eendgang komen, want Nathan komt naar jou toe.
14:46Ja, het is hier een dolof.
14:47Ik probeer jullie te vinden.
14:49En de tijd tikt er, mensen.
14:51De tijd tikt.
14:52Ik loop naar haar toe.
14:53We gaan het pak scoren.
14:55Go, go, go, go, go.
15:02Merel, kijk, ze hangen we daar.
15:04Hoe zie je dat?
15:05Maar hoe kom je daar?
15:06Ze hangen we daar.
15:06Hoe zie je dat?
15:06Ja.
15:07Ik was bij die daarachter.
15:08Ik geloof je, Merel, tot op zekere hoogte.
15:12En we liepen er in één keer naartoe.
15:13Tak, tak, tak, tak, tak, tak, tak, tak.
15:17En inderdaad, daarboven wapperden twee pakken.
15:21Ik mag ze niet aan dat kremtje opnemen.
15:22Ja, dat is wel.
15:23Anders zijn we geld kwijt.
15:25Ja.
15:27Tenminste, ik wil drie seconden lopen.
15:29Lukt het daar?
15:30Over.
15:31Yes, we hebben de pakken.
15:32We komen nu naar jou toe.
15:34Nathan weet toch nog niet wat hij moet zoeken, hè?
15:37Nee.
15:40Achter Nathan, Rutjes aanrennen is niet makkelijk.
15:44Dat was nog best pittig, kan ik je vertellen.
15:46Ik kan al eens gaan, trouwens, meneer Ro, want dan kan hij naar binnen.
15:48Ja, doe maar.
15:49Ja.
15:50Doe maar, Nathan.
15:53Ja, kom maar.
15:55Zet hem op, jongens.
15:55Zet hem op.
15:55Zet hem op.
15:55Zet hem op.
15:55Zet hem op.
15:55Zet hem op.
15:55Zet hem op.
15:56Zet hem op.
15:56Zet hem op.
15:56Oké, ga je nu in het parkje.
16:00Nou, goed dat je die pakken hebt, schat.
16:02Goed zo.
16:06Merel komt terug met de pakken.
16:08Top, ik kon gaan.
16:09Zet hem op, jongens.
16:12Jezus.
16:13Op zoek naar de telefoon.
16:18Loes, waar ben jij nu precies?
16:20iPad 2020.
16:22Dan ben ik.
16:23Oké.
16:24Ik zie iets met eten.
16:26De Hollandse pot.
16:28Ja, ja.
16:29Oh, de Mollandse pot.
16:31Hollande.
16:32Ja, ik zie eten.
16:33Ik zie het weer van mijn geld.
16:35Ik zie Rob, die eten uitdeelt.
16:37Vertel voorwerpen.
16:38Wat voorwerpen zie je?
16:39Zie je potjes, panifest, iets?
16:41Doe maar voorwerpen, Loes.
16:43Ja, schat, een stroopwafel.
16:45Ah, ja.
16:45Stroopwafels.
16:45Dat moesten we verkopen.
16:46Ja, ja.
16:47Stroopwafel, iets van eten.
16:49Stroopwafels.
16:49Ja, ja, drop een stroopwafel.
16:51Oh my god, dat is hem.
16:53Wat zijn het er twee?
16:57De Mol?
16:58Of die?
17:00Oh, ik snap het niet.
17:01Vind het juiste requisiet.
17:03Ik zie dat iedere telefoon verschilt.
17:06Wat neem ik mee?
17:07Ik neem mee de Mol.
17:09Ik kom nu terug met de iedere telefoon.
17:14Lekker hier.
17:18Wat een atlet.
17:19Wat een atlet.
17:20Ai, ai, ai.
17:22En dan hoop je dat de stiekem nog een klein beetje tijd overblijft om natuurlijk op zoek
17:27te gaan naar die stroopwafels.
17:29Ik zie er twee schilderijen staan voor Annemarie.
17:33Ja, klopt.
17:34Die heb ik ook gezien.
17:35Dat zijn twee schilderijen.
17:36Heeft iemand iets gedaan met landkaarten?
17:40Ikke, Loes.
17:42Nee, meen je niet.
17:43Nathan, waar ben je in?
17:43Loes, ik kom nu terug.
17:45En dan ga jij je landkaart pakken.
17:47We gaan samen, Loes.
17:48Loes.
17:49Loes.
17:50Nathan.
17:51Ja, ja.
17:51Oh, daar, kom.
17:53Oké, jullie hebben nog vijf minuten.
17:55Ja, toch.
17:56Zie je, geef ons precies de tijd en we komen terug.
17:58Ja, dat is het.
18:01En daar hingen ze.
18:03Twee landkaarten.
18:03Moet ik ze niet allebei meenemen?
18:05Doe maar voor de zekerheid.
18:06Hij zei, ja, ja, ja.
18:07Is oké.
18:08Zal ik op zoek gaan naar de strookwafels?
18:10Maar kom eerst maar Loes terug met die landkaart.
18:12Nathan, je hebt denk ik nog drie minuten of zo om te zoeken.
18:15Dus hou in je hoofd twee en kom dan terug.
18:17Over.
18:19Ja, ik ben echt gaan lopen rauwdouwen daar.
18:22Ik heb veel glijbanen gezien.
18:24Veel glijbanen opgeklommen.
18:25Ik heb lopen rennen door het hele park heen.
18:28Zoek naar mijn strookwafels.
18:29Ik kan niet meer.
18:34Ik heb ze dan allebei meegenomen.
18:36Je hebt maar één.
18:37Ik heb ze niet allebei meegenomen.
18:39Er lagen twee telefoons eigenlijk.
18:41Er lagen twee telefoons?
18:43Ja, ik dacht dat ik er één moest kiezen.
18:46Loes, ben je aan de trap op geweest bij die glijbanen ook?
18:49Welke heb je gehad Loes?
18:50Vertel voor alsjeblieft.
18:51Ik heb alleen de grote witte gehad.
18:53Dan ben ik helemaal naar boven gegaan en er was niks.
18:54De tijd is om.
18:56Stop maar Nathan.
18:58Goed gedaan jongen.
18:59Of nou ja, je hebt je best gedaan.
19:01Nou, dat eerste was ook wel terecht hoor je.
19:04Te vergeefs, ik heb ze niet meer gevonden.
19:06En er is hij over de finish line.
19:10Toen stonden we daar met z'n vieren.
19:13Drie van ons hadden een recusiet.
19:15Jura had een telefoon.
19:16Loes had twee kaarten.
19:17Ik had twee pakken.
19:19Nathan had lege handen, maar wel heel veel doorgegeven.
19:22Ik, Kim en Anne-Marie.
19:25Spoorloos.
19:26Kandidaten.
19:273000 euro was het maximale bedrag dat jullie konden verdienen.
19:30En met wat jullie hier hebben meegenomen, heb ik helaas maar 500 euro voor jullie.
19:37500 euro?
19:38500 euro.
19:41Ik weet hoe het zit.
19:41Het is niet anders.
19:42Voor wie?
19:43Met drie voorwerpen.
19:45Zou ik wel penningmeester zijn?
19:48Nou, dat lijkt me een heel slecht idee, hè?
19:50Alsjeblieft.
19:51Dankjewel, Rick.
19:52Ik snap het niet.
19:53Ik weet wat het is.
19:54Succes.
19:54Kijk, Rick zegt, je moest de juiste meenemen.
19:58Er lagen er overal twee.
20:00Ik heb gekozen voor eentje.
20:02Maar ik heb niet gekeken welke bij mij was namelijk...
20:05Wat goed is.
20:05Ja, kijk, ik had één telefoon, dan stond de mol op.
20:07En bij de andere stond de vinger af.
20:09Oh, shit.
20:10En ik heb denk ik goed gegokt.
20:11En jullie hebben ze alle twee, ja.
20:13Dan heb je misschien niet de juiste.
20:14Ik heb een koffiepak en een bananenpak.
20:17En wat heb ik dan?
20:17Bleek dat er dus steden op de verkeerde landen stonden.
20:22Je moest in ieder geval kiezen voor alle twee.
20:24Juist, ja.
20:24Nou, dat is ook mijn ding.
20:26Maar goed, en dan, waar zijn Kim en Annemarie?
20:30Waar zijn Lietje persoon?
20:42Oh, ja.
20:42Zullen ze er zijn of niet?
20:44Zouden ze hier zijn?
20:45Denk het niet.
20:46Zo'n mij benieuwd.
20:47Annemarie?
20:49Kim?
20:51Nee, ze zijn er niet.
20:53Hebben jullie al een leus van bereikt?
20:54Ja.
20:55Zouden wij wel waarderen, want we hebben de opdracht namelijk met z'n vieren gespeeld.
20:58Ja.
20:59Kim?
21:01Hallo?
21:01Annemarie?
21:03Ik heb geen koffertje.
21:05Ik heb alleen de iPad gezien.
21:06Dus je moet op zoek naar een koffertje.
21:07Doei.
21:08Ja, dank je.
21:09Met Annemarie?
21:12Ik ben in een gulle bui.
21:16Je kunt drie jokers verdienen.
21:18Maar dan moet je wel, nu, naar de uitgang van het zwembad gaan.
21:23Naar het busje dat daar klaar staat.
21:25Oh mijn god.
21:26Ik dacht wel, wow.
21:27Drie jokers.
21:28Dat is echt heel veel.
21:31Tunnelvisie.
21:32Hup.
21:32Gewoon naar dat busje.
21:33Ik ga echt geen tijd verwijzen.
21:35Ja, en dan zit je in het busje.
21:50De adrenaline giert door je lijf.
21:52Ja, en dan denk je, wat gaat er gebeuren?
21:55Geen idee.
21:55Nee.
22:02Daar staat Annemarie.
22:11Ja.
22:13Hai.
22:13Waar sta ik dan?
22:15Ik weet niet wat ik hier doe.
22:17En zij had waarschijnlijk hetzelfde.
22:18Oh, nou ja.
22:31En wie komt daar aan?
22:32Hey.
22:33Het presentator van Wie is de Moel?
22:36Tussen 2008 en 2011.
22:39Pieter Jan Hagens.
22:41Leuk je het zien.
22:42Ja, eens gelijks.
22:44Annemarie.
22:45Hallo.
22:45Kim, lang geleden.
22:48Lang geleden, ja.
22:49Goed je te zien.
22:50Kim.
22:53Ik heb in het verleden de nodige jokers mogen uitdelen.
22:59En vandaag ligt er voor jullie een buitenkans.
23:06Jullie tweeën kunnen voor de test alleen jullie tweeën hier jokers wegslepen.
23:12En toen kwam het terug.
23:17Het beeld dat ik had gezien op de iPad in het zwembad was inderdaad seizoen 2011.
23:24De opdracht in die kist waren precies hetzelfde gebeuren.
23:29Ik heb zometeen drie keer een aanbod in mijn hand.
23:35Dat aanbod is voor jou niet zichtbaar, Kim.
23:39Maar voor jou wel, Annemarie.
23:40Het kan zijn dat ik nul jokers in mijn handen heb.
23:47Het kan zijn dat het er één is.
23:51Het kan ook zijn dat het er drie zijn.
23:55De jokers zijn alleen voor eigen gebruik.
23:57Je mag ze niet delen.
23:59Oké.
24:02En aan jou zometeen, Kim, de keus.
24:05Je kunt mijn aanbod accepteren.
24:07Je kunt het weggeven aan Annemarie.
24:13Of je kunt het aanbod dat ik voor je heb, elimineren uit het spel.
24:19Aan jou de keus.
24:22Elke keus kun je maar één keer gebruiken.
24:24Annemarie, ik kan jou adviseren.
24:33De vraag alleen is natuurlijk...
24:35Vertrouw je haar?
24:39Oh, kan ik haar vertrouwen?
24:41Ja, dat zijn echt van die momenten dat je denkt...
24:47Wat ga ik nu besluiten?
24:52Oké.
24:53Het eerste aanbod.
24:54Ik zag dat Pieter Jan naar één joker ging met zijn hand.
25:05En ik denk, ja, die is of voor mij of voor Kim.
25:08Wat is wijsheid?
25:10Wat adviseer jij Kim, Annemarie?
25:15Ik, eh...
25:16Ik weet gewoon zeker dat Kim mij niet één op één gaat geloven.
25:20Dat gaat niet gebeuren.
25:22Ik zou deze nemen.
25:23Voor mezelf.
25:30Kan ik haar vertrouwen?
25:32Stel dat dit nou niets is.
25:35Dan geeft ze dat niet aan mij.
25:38Of zou ze mij eentje gunnen?
25:41Wat zegt je intuïtie?
25:42Ik denk niet dat ze me de drie gunt.
25:44Want, nou, zo schat ik haar niet in.
25:48Mijn intuïtie zegt dat ik hem...
25:49Weggeef.
25:56Aan mij.
25:57Aan jou.
26:00Bestaat eerlijk advies?
26:01En wie is de mol?
26:02Ik denk het niet.
26:05Ik ga uit van mijn eigen intuïtie.
26:08Ik geef hem weg.
26:10Je geeft hem weg?
26:12Ja.
26:14Staat genoteerd.
26:18Maar ja, wat laat je zien?
26:20Een teleurstelling.
26:22Onderdrukte blijschap.
26:24Helpt het natuurlijk wel dat ik gewoon een steengoede actrice ben.
26:29Gaan we naar het tweede aanbod.
26:31Oké.
26:32Er zijn dus nog twee mogelijkheden.
26:35Namelijk, je houdt hem.
26:38Of je elimineert dit aanbod.
26:42Ja.
26:55Oké.
26:56Het tweede aanbod.
26:58Wat adviseer je aan mij?
27:00Ik wist in ieder geval dat ik al één joker had gekregen.
27:03Dus er werd niks meer aan mij geschonken door Kim.
27:07Ik wist die drie jokers zijn voorbij.
27:09Maar ik wilde natuurlijk niet dat Kim zelf met die drie jokers naar huis ging.
27:16Elimineren.
27:18Is het een goed advies?
27:20Wat denk je?
27:21Dus nu de tweede.
27:22Had ik nog twee mogelijkheden.
27:24Of accepteren, of weg elimineren.
27:27Elimineren.
27:29Ja, ik hoor haar advies.
27:31Of moet je precies het omgekeerde doen?
27:33Dat is altijd vraag in dit spel.
27:36Ja.
27:37Dat is natuurlijk...
27:39De hele mindfuck.
27:41Ik vertrouw haar niet.
27:43Ik neem hem aan.
27:45Zeker weten?
27:47Ja.
27:54Dan is er voor het derde aanbod...
27:57nog één mogelijkheid.
27:58Ja.
27:59En dat is elimineren.
28:00Ja.
28:02Dat is nog over.
28:03Dan ben je nu, denk ik, benieuwd naar de uitkomst.
28:17Zeker.
28:23Deze drie jokers, die heb je geëlimineerd.
28:26Ik kon wel door de grond gaan.
28:30Ik dacht...
28:32Die intuïtie van mij, die...
28:34Nee, die werkt niet op dit moment in dit spel.
28:38Die ene joker...
28:40Jij weet het.
28:44En toen dacht ik, oh, ik hoop dat ik deze heb.
28:46Ik hoop dat ik deze heb.
28:46Ik hoop, ik hoop, ik hoop.
28:48For me, baby.
28:52Geef je weg.
28:57Ja.
28:58Dus je staat met lege handen, Kim.
29:00Ja.
29:01Ja, dat is een hard gelach.
29:04En, ehm...
29:05Ja, daar moet ik het mee doen.
29:08Gefeliciteerd met jouw joker, Annoreen.
29:12En je zal hem nodig hebben.
29:15Want morgen is er een eliminatie...
29:17waarbij twee kandidaten uit het spel verdwijnen.
29:23Ja.
29:25Oké.
29:26Succes.
29:28Ja.
29:34Gefeliciteerd.
29:34Ja.
29:35Met je joker.
29:37Merci.
29:38Ik heb gewoon drie jokers uit het spel gegooid.
29:40Ja, genie meer.
29:41Oh, jongen.
29:44Eén schrale troost.
29:46Ze zijn in ieder geval niet bij Annemarie terechtgekomen.
29:49Ik zou zeggen, ja, je kan me wel vertrouwen.
29:52Dus...
29:53Ja, vond het spannend om te vertrouwen.
29:55Dat snap ik ook.
29:56Dat snap ik ook.
29:58Gekkenhuis.
29:59Jammer om een lege hand te vertrekken.
30:01Ja, dat snap ik.
30:02Zeker de...
30:03Zo.
30:04Drie jokers.
30:05Oh.
30:10Nou.
30:12Hoe zijn ze dan?
30:13Daar zijn we weer.
30:14Oh, ze verloren kinderen.
30:15Hoe is het?
30:17Goed.
30:17Ja, jongens.
30:18Wat zit je nu in?
30:19Hoe gaat het?
30:20Gaat het goed?
30:23Hebben jullie geld verdiend?
30:25Hoe is het met jullie?
30:25Please.
30:26Is er geld verdiend of niet?
30:27Dat hebben jullie gedaan.
30:28Ik wil weten of jullie geld verdiend.
30:29Dit is geld verdiend.
30:30Ja?
30:31Ja.
30:32Wat goed.
30:32Woe.
30:33Ja.
30:33Oh, gelukkig.
30:34Oh, nog?
30:34Dat moesten we weten.
30:35Heb je de pot?
30:36600 euro?
30:38500 euro maar.
30:39500 euro.
30:40Eén dingetje maar gevonden.
30:41Nee, mag ik even neerzetten dat het heel vervelend is wat jullie hebben gedaan?
30:45Hm.
30:46Want?
30:46Je hebt ons in de steek gelaten.
30:47Je hebt ons in de steek gelaten.
30:48Wij zaten in die opdracht en ineens hoorden wij niks.
30:51Dus leg het even uit.
30:52Wat gebeurde er?
30:53Je was aan het lopen, Anne-Marie.
30:54En toen?
30:55We kunnen niet zomaar zeggen we zijn ontvoerd en monddicht.
30:58We moeten dit een beetje spannend maken.
31:00En toen?
31:01Ah.
31:01Meneer schatten, hebben wij een opdracht moeten doen met z'n tweeën.
31:05Oh, voor geld.
31:06Of voor iets voor jullie.
31:07Het ging over vertrouwen.
31:09Je kon kiezen tussen de gebruikelijke troeven of informatie...
31:15Over de mol.
31:15Over de mol.
31:16Wij waren echt radeloos.
31:18Want we dachten er zijn gewoon twee mensen eruit gepiept.
31:20En ineens ging het stoplicht op groen.
31:22En we dachten, huh?
31:23Wat ik lastig vind aan de twee dames, gaat het om een troef?
31:28Hebben ze een joker, een vrijstelling?
31:30Of weten ze iets over de mol?
31:32Het is een heel vaag verhaal waar we niks mee kunnen.
31:35Jongens, gelijke monniken, gelijke kappen.
31:37500 euro.
31:41Ik stond nog wel weer even in de bar, hè?
31:43Oké, jongens.
31:58Onivaat.
32:00We verlaten nu onze villa.
32:01De kandidaten zijn onderweg naar een sinaasappelboerderij.
32:12Daar gaan ze lunchen met de eigenaren.
32:14Om 2500 euro te verdienen voor de pot, moeten ze bolo de laranja maken, een traditionele sinaasappelcake, marmelade van sinaasappels en mimosa.
32:25Om die drie gerechten te maken, moeten de kandidaten zes producten vrijspelen die achter slot en grendel zitten.
32:36In de sinaasappelboomgaard staan twaalf transparante buizen met op de bodem een sleutel.
32:42Om erachter te komen welke sleutel de juiste is, moeten ze steeds een vraag beantwoorden.
32:48Oké, eerste vraag.
32:49Een sinaasappelcake en een marmelade kosten samen vijf euro.
32:52De sinaasappelcake is vier euro duurder dan een marmelade.
32:55Wat kost een marmelade?
32:56Ja, één euro.
32:57Oké, de zwart.
32:58Ja, oké, de zwart is zwart.
32:59Denken ze het juiste antwoord te weten, dan vullen ze de bijbehorende buis met vers geperst sinaasappels al.
33:05Waardoor de sleutel komt bovendrijven.
33:09Oké, ik heb hier een bakje.
33:11Oké.
33:11Bij wat?
33:12Oh, nou.
33:12Je uurtje, we moeten zoveel.
33:14Kijk dan.
33:14Wat kunnen we zeker weten is die met de blaadje.
33:17De blaadjes zijn goed.
33:18De blaadjes zijn goed.
33:19De blaadjes zijn goed.
33:20Nou, dertien keer één.
33:21Dat is in ieder geval dertien.
33:23Deze is rood.
33:24Zullen jullie...
33:24Leg maar een dingetje erbij en dan gaan we het straks even controleren.
33:27We gingen eigenlijk één voor één de vragen beantwoorden.
33:32En op het moment dat we dachten, ja, dat is het goede antwoord, dan plukten we een blaadje.
33:36En dat zetten we alvast bij de goede buis.
33:40Een derde hiervan.
33:41Ja, dat is 25.
33:4221, dus iets.
33:45Ja, topsysteem, topsysteem.
33:49Dus dan kan ik het beter zo doen.
33:51Ja, dit gaat sneller.
33:52Wat?
33:53Oh, sorry, sorry, sorry.
33:56Jeurt is wel te vroeg op de mond nu.
33:58Nee, ik ben...
33:59Hier, kijk, dit gaat namelijk sneller.
34:01Ik dacht, ja, dat is niet waar.
34:02Je krijgt echt meer gedaan.
34:04Je moet gewoon even techniekje te pakken krijgen.
34:06Maar dan krijg je echt meer sap dan zonder pers.
34:09Hier de vijftig.
34:10Oh, kom maar, ik neem het wel over.
34:12Ik neem het wel over.
34:13Ik denk eigenlijk van, nou, dit systeem loopt wel.
34:16Mensen zijn met de vragen bezig.
34:18Er wordt zuur geperst.
34:19Dus iemand moet even naar de keuken om te inventariseren hoe het daar zit.
34:23Annemarie.
34:23Wat?
34:24Annemarie, ga de keuken in.
34:25Gewoon om te kijken hoe het daar zit.
34:27Oh, ja, dat is goed.
34:28Oké.
34:29Maar dubbel check het anders nog één keer, Tim.
34:31Nou ja, ik hou heel erg van koken.
34:33Dus ik denk, daar ben ik gewoon op mijn plek.
34:35Hand.
34:36Daar rennen we samen.
34:37Ja, maar dat vind ik ook...
34:38Hé, kom maar.
34:39Hebben jullie alle antwoorden?
34:40Ja, we hebben alle antwoorden.
34:42We hebben alle antwoorden.
34:43De blaadjes zijn de goeie?
34:45De blaadjes zijn de goeie.
34:46Hip, hop, hap.
34:48Ik schreeuw de beeldjes.
34:49Als een soort verliefd stel rennen we er doorheen.
34:53Kraaihard op weg naar die keuken.
34:58Kijk, hier zijn we.
35:00En dat was echt, ja, een sprookjeskeuken.
35:03Gewoon zoals als een poester een keuken had.
35:06En een rood kapje waarschijnlijk ook.
35:07Het was gewoon te schattig voor woorden.
35:09Dus dit zijn de drie recepten.
35:12Oh, dat moet ongeleid.
35:14Oh ja, suiker.
35:15En ik zag meteen, hé, op dat oven zit een slot.
35:18En ik zag op een bakpoederpotje stond een slot.
35:22Als eerste is het belangrijkste dat we de bakpoeder ontgendelen.
35:24Want dit recept duurt het langst.
35:25Maar ja, dat is een heel klein sleuteltje, zie ik al.
35:28Ja, er waren gewoon ingrediënten niet zomaar voor handen.
35:31Maar klopt de eieren tot het stijf is?
35:34Met de hand ook.
35:35Nou, dan moet ik echt aan de slag hoor.
35:36Ik ga.
35:37Dat is ook een slotje, hè.
35:38Dus die hebben we ook nodig.
35:39Dus we hebben nodig de garde en de bakpoeder.
35:42De bakpoeder zeker.
35:43Ja.
35:44We maken een inschatting dat we het bakpoeder en de garde eigenlijk als eerste nodig hebben
35:50voor het recept van de cake.
35:51Ik moet als de wiel weergaat terug en zeggen dat die twee het allerbelangrijkste zijn voor nu.
35:57Bijna jongens, bijna.
36:00Die ene.
36:01Mag ik mandje?
36:01Hé, maar jongens.
36:02Deze schatten moet je natuurlijk bij die ene erbij doen.
36:05Nee, omdat het niet handig is om eerst de oven te hebben.
36:08Je moet toch bijvoorbeeld laatst de oven gebruiken.
36:10Waarom zou je beginnen met de oven?
36:12De oven moet toch eigenlijk aan het eind van de recept klaar zijn?
36:15We waren bijna klaar met deze buis te vullen.
36:19Of niet?
36:20Waarom gooi je hem niet bij die ene erin?
36:21Dan hebben we het sleuteltje.
36:22Het was een beetje vertraging op de lijn.
36:25Hé, Merel.
36:26Vertraging, best gek.
36:27Ja, kak.
36:32Oh, je moet het glaasje hebben.
36:34Waar is jouw begetje?
36:36Yes, sleutel.
36:37Top, breng hem.
36:38Ja, breng hem.
36:39Rennen, Loes.
36:40We hebben een sleutel.
36:41Rennen.
36:42Welkom.
36:42Ik breng hem al.
36:43Ga je hem daar.
36:44Oké.
36:45Ja?
36:45Als eerste hebben we het allerkleinste sleuteltje nodig, namelijk van het bakpoeder.
36:49Bakpoeder.
36:49Dus kijk, kom eens.
36:51We weten waar het in is voor.
36:52Ja, dat weten we wel.
36:54Dit is echt het plaatje voor bakpoeder, Veni.
36:57Zaten we voor die en die, want bakpoeder en de garde wilde ik eigenlijk halen.
37:00Die hebben we al.
37:00Nou, dan gaan we daar.
37:01Dus zitten we goed met waar we nu begonnen zijn met vullen.
37:04Ja.
37:05Amri?
37:06Ja?
37:07Ik heb een sleutel.
37:08Hé, tof.
37:09Wat staat er voor op dan?
37:11Oh, wat staat er voor?
37:12Nee, maar dat is een groot.
37:13Echt?
37:13Dat is niet goed.
37:14Niet?
37:15Dat is niet goed.
37:15Maar hoezo weet je dat het voor de oven is?
37:17Dat stond erop.
37:19Oh, shit.
37:19En welke som was dat, weet je nog?
37:22Van welke het was?
37:23Die eerste helemaal links.
37:25Oh, dat is een hele moeilijke.
37:26Dat was met een kansberekening of een procent.
37:28Ja, toen liep ik weg.
37:29Dus ik denk, nou ja, jammer voor die meneer en voor die mevrouw.
37:32Maar we hebben dan geen taart.
37:34Hè, verdooi.
37:36Niks aan ze overlaten.
37:39De ovensleutel.
37:40Het is de laatste keer dat ik het laat doen, anders neem ik het over van je.
37:43Dit is helemaal scheef.
37:44De ovensleutel is niet goed.
37:46Wat?
37:46De ovensleutel is niet goed.
37:48Niet goed?
37:49Nee.
37:49Ik weet echt honderd procent zeker dat het antwoord op de eerste vraag goed was.
37:55Check maar, check maar.
37:55We hebben wat buiten.
37:56We kunnen dus de cake nu niet maken, jongens.
37:59De ovensleutel is wel goed, hoor.
38:01Dan moeten we dus het overgooien naar de andere.
38:02Nee, hier, nieuw.
38:03Nieuw.
38:04Je mag niet overgooien.
38:05Dat kost wel even tijd en moeite, maar als we die gewoon weer vullen, dan kunnen we
38:10gewoon die sleutel weer pakken en dan kunnen we die cake maken.
38:14De sleutel goed is.
38:15Mimosa, cake.
38:17Wat gaat Merel doen?
38:19Doe maar, ga maar, ga maar.
38:19Kijk of die sleutel niet goed is.
38:21Kom, wat is dat ding?
38:22Deze, dan hebben we de garde.
38:25Op een gegeven moment komt Nathan aan met een bakje en ik kan hem eruit pakken en ik denk
38:28hé, ik heb nog wat over.
38:30En die giet ik zo bij de bakpoeder.
38:33Oeh, je mag ook.
38:34Hupsah.
38:35Hé, check Merel effe.
38:39Ja?
38:39Zo'n doen is.
38:40En ook die sleutel heb ik.
38:41En ik heb er twee.
38:45Ja, schat.
38:46Ja, het kan.
38:47Hai.
38:48Ik heb twee sleutels.
38:49Oké, top.
38:50Dus ik ga even proberen.
38:51Nee, die kan echt niet.
38:52Ik heb het echt geprobeerd.
38:53Hij doet het niet.
38:54Op de een of andere manier denk ik bij ieder sleuteltje van ik moet hem overal proberen.
38:58O nee, toch?
39:00Pas niks?
39:01In ieder geval niet daarop.
39:03O, wacht, Stes.
39:03Wat voor de daar?
39:04Dat zou heel fijn zijn.
39:05Wat voor de warm water.
39:06Hallo.
39:07Hallo.
39:07Hai.
39:08Ja, deze doet het.
39:10Oh, schat.
39:10En wat is dat?
39:10Bakpoeder?
39:11Bakpoeder.
39:11Oké.
39:12Ga ervoor.
39:12Rustig gaan.
39:13Oké.
39:15Deze?
39:16Ja, doe die maar.
39:21Fijn is.
39:22Wat?
39:23Heb je gecheckt?
39:24Ja.
39:24O, versleutel was niet goed, toch?
39:25Eén eetlepel.
39:26Eén eetlepel.
39:28Met de bloem.
39:30Met hoeveel bloem?
39:31Even kijken, we hebben nodig.
39:32Eén eetlepel bakpoeder.
39:34Kan die erbij?
39:35Nee, doe maar daar.
39:35Nog niet.
39:36Nou, dat vind ik wel een hele grote, dan wordt het heel luchtig.
39:39Ja.
39:39Kijk maar in dit.
39:43Ja, deze is goed.
39:47Ga jij die voor?
39:48Zal ik dan de sleutel brengen?
39:49Ga jij maar, Loes.
39:50Nee, doe maar niet, want de vorige.
39:52Loes had op een gegeven moment weer een sleutel in handen.
39:55Toen dacht ik, daar gaan we weer.
39:57Loes, ga je maar maken.
39:58Hou het zo in elkaar.
39:59Hou het zo in.
39:59Ga ik nou, Loes.
40:00Lekker, Loes.
40:01Ring het.
40:02Loes.
40:05Loes.
40:08Hier is ook veel sap verloren gegaan.
40:10Ja.
40:11Zie ik ook, ja.
40:14Stop.
40:14Wat doe je met die sinaas.
40:15Oh, nee.
40:19Oké, wacht.
40:19Nu komen ze weer.
40:20Wat heb je iets?
40:22De wereld staat achter me aan, wat zie je zappel.
40:24Heb je iets of niet?
40:26Oké.
40:26Kom maar.
40:28Hé, wij hebben dus ook één sleutel die niet goed is.
40:30Dus jullie moeten echt die andere kokers gewoon vullen.
40:34Hier, deze is goed.
40:36De cakevorm.
40:38Jezus, man.
40:39Nou, we hebben, ik kan het maar pakken.
40:47Van?
40:48Van dat kruiden ding.
40:49Wat is dat?
40:50Dat takje.
40:51Geen idee.
40:53Takje, kruiden.
40:54En was de bakpoeder goed?
40:56Waren ze met bakpoeder bezig?
40:57Volgens mij wel.
40:58Wat?
41:00Eén eetlepel bakpoeder.
41:01En daar doen we twee sinaasappels bij.
41:03Het zijn echt zulke grote sinaasappels, maar goed.
41:07En de garde, weet ik ook niet?
41:10Au, scheisse, het zit bom vol.
41:13Ik hoor iemand hijigen.
41:14Hoi.
41:15Hallo, wat heb jij?
41:16Ik heb een sleutel.
41:18Van dat takje.
41:19Ja, roosmarijntakje?
41:20Ja.
41:21Voilà, dat is voor de marmelade.
41:23Maar lieverd, we hebben de oven nodig.
41:24Het is natuurlijk niet mee bezig.
41:25Oké.
41:26Welke was hiervoor goed?
41:28Even doen we.
41:29Twee, drie, vier.
41:31Deze, maar deze hebben we toch al?
41:33Die ene bijna.
41:34Merel.
41:34Hebben we vier nou?
41:35Merel, die had.
41:36Zie je dat persoon.
41:38En die vond het lastig te kiezen in welk buisje ze dat nou moest doen.
41:42Doe hem hier in.
41:44Luisterkje nog.
41:46Goeie.
41:47Luisterkje nog.
41:48Kom maar.
41:49Schat, deze.
41:50Deze sleutel moeten we hebben.
41:52Deze.
41:53Doe hem hier maar in.
41:53Jongens, ik kan het nog een beetje snijden?
41:55Doe hem hier maar in.
41:58En met een schuin oog kan je natuurlijk wel wat er gebeurt omheen.
42:06We kunnen het typeren als een catfight.
42:09Eén, veertig, veertig, veertig.
42:15Ben je tegen Kieter?
42:16Ja.
42:17Hij gaat in één, hij gaat in één rond.
42:18Hij gaat in één, hij gaat wel in één.
42:19Nee, want we gaan nu ook lopen.
42:21Luisterkje nog niet.
42:23Wat is dit nou weer voor catfight?
42:27Oké, persen als een malle.
42:28Nou ja, totaal gestoord.
42:31Top, ik ga lopen.
42:32Over.
42:32Netjes, netjes.
42:34Ga lopen, dankjewel.
42:35Heel goed.
42:36Wat heb jij dan nog?
42:37Joep.
42:38De oven?
42:39Nee.
42:40Wat heb je dan, Loes?
42:43Zal ik het even doen?
42:44We moeten nu vallen.
42:45Ik kan het sneller, ja.
42:46Massa.
42:46Nee, schat, ik kan het sneller dan jij.
42:48Wil je het aan mij overlaten?
42:49Nee, snijden maar.
42:50Plukken we mijn zinensappels.
42:51We zitten soms nu zinensappels.
42:53Sleut van de garde.
42:54Hé, ja.
42:55Oké, kom.
42:55Hé, Tommy, dan kunnen we het eingeel gaan doen.
42:57Ja, je moet het weer weg.
42:57Sorry.
42:59Ja.
43:00Wat hebben we nog nodig?
43:00Het bronzerende wijn.
43:01Ik wil één ding weten, ja.
43:02Nee, hij doet het niet.
43:03Het is het bronzerende wijn.
43:04Sorry, pardon.
43:05Hij doet het niet.
43:06Het bronzerende wijn is het.
43:06Oh.
43:07De garde moet nog.
43:07Ja.
43:08De oven moet nog.
43:09En zijn we klaar.
43:10En zijn we klaar.
43:11En zijn we klaar.
43:12En neem de volgende keer sap mee.
43:15De oven en de garde moeten nog.
43:16Oké, de oven.
43:18Niet aan mij.
43:19Jij.
43:19Van in de handen?
43:20Ga jij laten?
43:20Ga.
43:21Ga jij lekker.
43:22Oven en de garde.
43:24Lieve Annemar, kan ik jou verblijden met een oven?
43:26Een oven, ja.
43:27Oh, bedankt.
43:29Waar gaan we nu voor?
43:30Nou, om degene met de garde moet.
43:32Ga naartoe en vragen.
43:33Loes, zeg even gewoon wat het eerstvolgende is.
43:37De garde.
43:37De garde.
43:38Hoor je wel, Loes?
43:40Ik mocht een soort van koerier spelen.
43:42En daar stond het volgende sleuteltje al aardig voor mij klaar.
43:44De garde.
43:45De garde.
43:45En dat was van de knoppen.
43:47Nog even.
43:48Hé, en?
43:49Nou, de garde.
43:50Oké.
43:51Het enige wat we nu nog nodig hebben is veel sap.
43:54Sap, sap, sap, sap, sap.
43:55En hoeveel mielieter hebben we nog?
43:58We hebben heel veel nodig.
43:59Voor de mimosas nog en voor de cake.
44:00Maar hebben ze gezegd nog meer nog?
44:01Ja, je gaat heel goed, maar het moet echt nog veel stijver, hoor.
44:05You can't it.
44:06Ik zit ook te gaan als een banaan.
44:09Nee, is het niet dik genoeg, schat?
44:10Nee.
44:12Het gaat heel goed, echt waar.
44:14Zullen we zo gaan lopen?
44:15Hoe zit wel de tijd?
44:16Ik denk dat het er zo moet gaan lopen is.
44:17We kunnen niet rennen met je pannen.
44:19We kunnen niet rennen met je pannen.
44:20Kom, we hebben tijd.
44:20Eigenlijk moeten ze om...
44:21Nou, het is echt wel stijf, ja.
44:23Oké, nog iets.
44:24Ja, oké.
44:25Doe maar.
44:26Oh, niet zo haastig.
44:28Ik ga lopen.
44:30Well done.
44:32Well done.
44:34Nou, dit gaan we toch een partijtje likens.
44:37Jongens, ja, heel goed voor de mimosas.
44:39Wij gaan goed.
44:40De cake is bijna af.
44:41Oké, jongens, dit gaat heel goed.
44:43Alleen nog de mimosas en dan...
44:45Oké, pak je hem?
44:46Ja.
44:46Yes, let's go.
44:47Het was nog maar twee minuten.
44:48We moesten nog van de boomgaard naar de keuken.
44:50Dus we zeiden, dit is gewoon waar het is.
44:51Hopelijk is het genoeg.
44:53Ja, je moet rustig lopen.
44:54Echt rustig lopen.
44:55Daarom hebben we ook nog een paar minuten er thuis.
44:56Nee, dan kunnen we wel een beetje door.
44:58Nee, dat kan echt niet, man.
44:58Kijk, kijk, kijk, hij gaat niet op klossen.
44:59Het gaat echt allemaal onwijs klossen.
45:02Jeetje.
45:03Champagne.
45:04En doe hem even heel volgens hier.
45:05Kijk, jongens, ik kom er weer straf aan.
45:07Mag ik het er ingieten?
45:08Ja, doe maar.
45:09Jongens, dit gaat helemaal goed komen.
45:10Voorzichtig, want we hebben er heel hard op geperst.
45:12Eén, twee.
45:13Eén minuut, jongens.
45:16Ja, doe een 16-jaarste verhouding.
45:18En in de oven staat de taart.
45:20Oké.
45:20Ja, het is klaar.
45:23De opdracht is klaar en we zitten binnen in het huis van de eigenaar met lunch en al onze zelfgemaakte spullen.
45:30Ja, mensen, daar zou je hem hebben.
45:33Ja, ja, ja.
45:34Zo, het zit er wel.
45:36Het is wel goed gerezen.
45:39En dan snij je maar een klein verbrandkantje erover, toch?
45:42Maar nu was het wachten op het oordeel natuurlijk.
45:55Wordt die goed gekeurd?
46:01Ja.
46:02Het is oké.
46:04Cheers.
46:04Cheers.
46:09Mmm.
46:09Mmm.
46:12Goed.
46:12Choco.
46:13Yeah.
46:16Nou.
46:17Oh, just like my grandmother used to do.
46:20Ja.
46:21Wow.
46:22Ja.
46:22Ja.
46:23Zo, jongens.
46:25Uitmuntend.
46:27Vervolgens ging de eigenaar samen met zijn vrouw ook de sinaasappelmarmelade proeven.
46:31Mmm.
46:32Ik had het op mijn zin.
46:33Ja.
46:34Oh.
46:35Oh, hij gaat ook echt verschillen.
46:36Klik, klik.
46:38What do you think?
46:39Too hard?
46:40Very good.
46:41Very good.
46:42Very good.
46:42Wat leuk, jongens.
46:44Maybe you can try the mimosa as well.
46:48We zitten hem natuurlijk ook allemaal zo met van die smekende ogen aan te kijken.
46:52Oh, very, very nice.
46:54The verdict.
46:54I've got some money from my own.
46:57Mmm.
47:00Okay.
47:00Zo.
47:01Zo.
47:01So for the mimosa, I think I'll give you like 500, okay?
47:05Ja.
47:06Okay.
47:06Perfect.
47:07Yeah, perfect.
47:08For the marmalade, I'll give you like 750.
47:13Zo.
47:14250.
47:15Oh, no.
47:151250.
47:16And for the cake, 1,000, 250.
47:21Wow.
47:21Huh?
47:23We have a nice 2,700.
47:24What's that?
47:25Very good with money.
47:27Yeah.
47:28So congratulations because it was very, very, very good.
47:31Thank you so much.
47:32Thank you so much.
47:33Yeah, that's good.
47:34Goed na.
47:3525,000.
47:36It's a lot of fun.
47:37Ja, it is, uh, it is a lot of money.
47:39And we have just a really nice lunch with this man and his wife.
47:44Hey, yo.
47:45Woo!
47:46Woo!
47:47Woo!
47:47Woo!
47:47Woo!
47:47Woo!
47:48Woo!
47:48Woo!
47:49Woo!
47:50Woo!
47:50Woo!
47:51Woo!
47:52Woo!
47:52Woo!
47:53Woo!
47:53Woo!
47:54Woo!
47:54Woo!
47:55Woo!
47:55Woo!
47:56Woo!
47:56Woo!
47:57Woo!
47:57Woo!
47:58Woo!
47:58Woo!
47:59Woo!
48:00Woo!
48:01Woo!
48:01Woo!
48:02Woo!
48:02Woo!
48:03Woo!
48:03Woo!
48:04Woo!
48:05Woo!
48:05Woo!
48:06Woo!
48:07Woo!
48:08Woo!
48:09Woo!
48:09Woo!
48:10Woo!
48:11Woo!
48:11Woo!
48:12Woo!
48:13Woo!
48:14Woo!
48:15Woo!
48:16Woo!
48:17Woo!
48:18Woo!
48:19Woo!
48:20Woo!
48:21Woo! Woo!
48:22What is it for?
48:31Here, where are we?
48:33I saw myself at all sides. I looked at myself.
48:51This is my mind.
48:57There was a tick on the other side of the screen.
49:02And that was...
49:03The mole?
49:10What's happening here?
49:11I find it again.
49:12And listen to what the mole has to say.
49:21There's a tick on the other side of the screen.
49:24Oh my God, I don't know what to say.
49:40And then I'm still curious about what's going on.
49:44It's a tick on the other side of the screen.
49:48There are a few more candidates.
49:49I'm not sure if I'm doing this.
49:50The one who knows me.
49:51I don't care if I'm doing anything you need!
49:54I'm doing this again!
49:56I'm doing this again.
49:58A tick on the other side.
50:00There are a few candidates, but they're the only one.
50:05I'm pretending to be shy.
50:08I'm sure or not only one person will click on that white button...
50:12No one's going to pay for money.
50:17I think they're going to pay for money.
50:20But is that something that depends on my own norms and values?
50:24No, that's not so.
50:34There was a light for me.
50:36I kept looking for me and I didn't see anything.
50:42No.
50:50Oh, I don't know what's going on.
50:52I don't know what's going on.
50:54I don't know what's going on.
51:02I saw something to lighten and it was gone.
51:05The mole took me into it.
51:07I don't know what's going on.
51:09I don't know what's going on.
51:11Ha, ha, ha, ha, ha.
51:13No.
51:15The mole was going on.
51:17The mole was going on.
51:23The mole was going on for you.
51:25Well...
51:27Yeah, I'm sorry, but I have to do the test now.
51:38I have to focus on it. Don't let me go away.
51:42Come on, let's go.
51:44I could use the Mol-book.
51:47That's a unique, of course, because now I could just look away.
51:52What?
51:59The best thing about the test is that you do things that you don't expect.
52:04Like the question, have the Mol Peter-Jan Hagens had met?
52:09Peter-Jan Hagens?
52:11What?
52:13So Peter-Jan Hagens was suddenly on the visit.
52:19I haven't seen him.
52:21That's Kim and Annemarie.
52:23That's what they kept.
52:38No.
52:40I don't want that.
52:46Everything is in there and I will now let you know.
52:49Who is going to see this?
52:50Where is this going?
52:51With your feet on the air, your head on the ground.
52:55Try this trick and spin it.
53:03Oh, my dear.
53:04Oh, we live still.
53:06Yeah.
53:07This is the mindfuck of their mindfucks.
53:11It's great that you've got the Jan Hagens right there.
53:13Yeah, that's true.
53:15Yeah, that's true.
53:18Why can I just say that?
53:20I can also say that I don't have freedom, okay?
53:23I don't have that.
53:24I don't have that.
53:25Well, I found it very tough.
53:27And when we have an elimination, two people are out of now.
53:30That's true.
53:31Oh, where is my mind?
53:34Hey, yo.
53:35Geen eliminatie in ons eigen huis.
53:37Godverdammit.
53:38Oh, my God.
53:39Oh, my God.
53:40Oh, my God.
53:41Oh, my God.
53:42Oh, my God.
53:43Oh, where is my mind?
53:48Where is my mind?
53:50Where is my mind?
53:52Where is my mind?
53:56Oh, my God.
53:57For the first time you were able to keep the mol book in the test.
54:05You are now lost that mol book.
54:10You were also done by the mol during the test.
54:14If one person would press the button...
54:18there would be 2.000 euro in the pot.
54:20Sorry.
54:22Few people could stop.
54:27Only Nathan didn't press the button.
54:31That means there is no money for the test.
54:36That's a shame.
54:38Also a shame.
54:40It's a shame.
54:42For who is the game tonight?
54:48Merel.
54:50Merel.
55:17Yürü.
55:20Merel.
55:21Merel.
55:22Merel.
55:23Merel.
55:24Merel.
55:25Merel.
55:26Merel.
55:27Merel.
55:29Merel.
55:33Merel.
55:35Merel.
55:36Merel.
55:37Merel.
55:38What?
55:40Yeah.
55:42Oh, no.
55:44Succes, chatties.
55:46Oh, no.
55:48Wacht die kant op, joh.
55:50Ja.
55:52Oh.
55:58I'll just sit here,
56:00because we are still not ready.
56:02There is still someone home.
56:06Annemarie.
56:08I will.
56:22This is...
56:24Yeah.
56:26He was,
56:28I was here.
56:30Yeah.
56:32Yes.
56:37Doei.
56:44Jure and Annemarie, two old mollen.
56:47How was it to play the game for the first time?
56:51I always said that it was the worst thing I've ever done.
56:55But this was just every second of the day.
56:57But it was a feast.
57:02Maybe I'm going to play the game for the first time.
57:07And you, Annemarie, how was it for you?
57:09Yes, so exciting, but also so fun.
57:11Because I could play the game.
57:14And go for something.
57:16And go for the money.
57:18Hey, nice.
57:23I have something for you from The Mol.
57:26Oh, yeah.
57:28Oh, I thought you'd get a book from The Mol.
57:31That's really nice.
57:33You'll get your own book.
57:35And I thank you very much.
57:37It's great.
57:38It's great.
57:39It's good to me too.
57:41Good luck.
57:42Have a good one.
57:43Take care.
57:44Bye.
57:46Do you want to make your mind?
57:48Right?
57:49Yes.
57:52What happens, always keep singing.
58:01I can't play football, this guy.
58:03Are you interested in what the others have written in their book?
58:06Sure.
58:07The time is on, Nathan.
58:08Okay.
58:09Are you more wise?
58:10Yes.
58:11Then the other question.
58:13Where it's all over.
58:16This is the moment.
58:22Prachtig dingetje.
58:23Prachtig dingetje.
58:24Emile vindt hem ook prachtig.
58:25Ja, dat blijkt.
Be the first to comment
Add your comment